zaterdag 2 november 2013

Gezellige mam ?


00.40 en ik zie auto lichten in de verte de straat inrijden. Gelukkig denk ik , daar komt hij. Hij werd wel veilig thuis gebracht van een feestje … maar toch, je weet het maar nooit …
Ik doe de deur open en  hoor mezelf hardop dingen zeggen en vragen. Heel vrolijk geef ik hem een vriendschappelijke vertrouwde box. ‘Hee m’n vent, hoe was het?, was het gezellig?’ Hij mompelt met zijn lippen op elkaar iets onverstaanbaars van kei gezellig. Geeft me een kus met een welterusten er achteraan en hij loopt de trap op.

Ik staar nog even door de raam naar buiten en denk.
De vraag of er is gedronken heb ik overgeslagen. De opmerking dat ik ongerust was voor heel even omdat het na half 1 was heb ik niet genoemd.  En ik denk aan eerder op de avond. Want ben ik nou wel een leuke moeder? Doe ik het allemaal wel goed? Vinden ze het hier wel gezellig?  Vroeger toen ik een jaar of twaalf was en een pop als kind behandelde was zo naief eenvoudig. Pop annabel legde ik op bed en ze sliep. Haalde ik er uit wanneer het mij uit kwam en ook al praatte zij niet terug ik vond dat ik het heel goed deed als mam. Ze had tenslotte altijd een ander jurkje aan. En had ik een paar dagen geen zin in haar dan gooide ik pop annebel in een hoekje en ging eens lekker een tijdje wat voor mezelf doen.

De kapper heb ik eergisteren onder een paniek gedwongen telefoontje tot een afspraak gekregen. De twee jongsten moesten en zouden geknipt. Want dat had ik tenslotte beloofd. En Mam, ‘je beloofd altijd alles en je doet er nooit wat mee.’ Dus kapper net voor sluitingstijd.   “Mam, mag ik nu nog weg vanvond?’ Nee jongen, het is al 21.00 uur en dat feestje op school is nu toch al bijna afgelopen.’ Ja maar ik wil!’ Ja maar je wou ook perse naar de kapper en gister wou je niet naar dat kinderachtige halloween! Kom , mam doet een stokbroodje in de oven en we kijken gezellig de voice.  ‘Nou  wat je gezellig noemt , ik ga naar boven!’  Licht aangeslagen sta ik onder aan de trap nog een soort van trapleuiningrede te houden in alle verzoening, en om mijn voelbaar opkomende schuldgevoel te relativeren. Maar er wordt geen gehoor aan gegeven. Terwijl hij van zijn paps ook niet meer weg mocht is hij is toch echt alleen boos en teleurgesteld in zijn stomme mams.  Gelukkig zit dochterlief met kleinste en paps wel gezellig op de bank.

Ik schenk de glaasjes vol, maak kruidenboter en snij wat stokbrood. Doe wat tapenade in een schaaltje en steek  ondanks de weg gevallen sfeer wat kaarsjes aan.
Jongste huilt. Oorpijn. Hij wil geen zetpil, wil ook geen oordruppels. Wil wel dat mams haar mond houdt met zeuren want ik zou het niet snappen. Huilend loopt ook hij de trap op. Ik met druppels in alle goede en bezorgde bedoelingen er achteraan. Paps roept nog dat hij beter druppels in zijn oor kan doen, want dan is het morgen over. Onder veel bombarie zitten er niet veel later toch druppels in zijn oor. Vijf in plaats van drie. ‘Zie wel mam dat je niks kunt, nu is de pijn wel weg, maar nu staat mijn oor weer op een andere stand he, nu hoor ik weer niks, omdat jij die rare trutdruppels er zo nodig in moet gooien. Bedankt hoor mam!'  Welterusten knul, hopelijk is het morgen over!

Dochterlief die normaal bruist van de energie en torenhoog lacht, ligt er zonder vriendje wat verloren bij. Pap geef de paturain ’s aan vraagt ze. Dat hebben we niet vanavond schat hoor ik ‘m zeggen. Oh, is mam dat weer vergeten zeker, bromt ze er gelijk achteraan. Nee, want paps is om de boodschappen geweest, neemt hij het voor me op. Nou geef dan maar een stokbroodje met die andere troep en dan ga ik naar bed. Ik nestel me gezellig tussen man en dochter in op de bank en kijk haar verbaasd aan. Naar bed? Vraag ik.  ‘Ja mam ik ben moe en moet morgen werken. Trusten en have  a nice evening together with daddy. Is toch ook wel eens lekker saampjes op de bank.
Dat wou je tenslotte toch zo graag. Je roept al weken ik heb geen minuut meer voor mezelf overdag en dat ook je avonden al worden afgenomen. Dus whalla mamsie, tast toe    en ze giegelt op de trap om haar betoog.

En terwijl  ik Ilse de lange nog iets hoor zeggen over emoties en dat het haar raakt, raak ik manlief aan. Maar die slaapt. Oke logisch denk ik. Hij had tenslotte zijn nachtvlucht naar huis en was al ongeveer 24 uur op.  Ik maak hem wakker en zeg dat hij voor mij niet op hoeft te blijven en dat ik wel wacht op de oudste knul.  En ook manlief loopt zonder enige twijfel de trap op. Zelfs de hond neemt plaats op haar nachtkussen. Ik schuif de gordijnen dicht. Blaas alvast de kaarsjes uit en wacht samen met Humberto Tan en de rest aan zijn gezellige tafel van ‘Late night’, op oudste knul.

Ik ben tenslotte mam.