zaterdag 2 november 2013

Gezellige mam ?


00.40 en ik zie auto lichten in de verte de straat inrijden. Gelukkig denk ik , daar komt hij. Hij werd wel veilig thuis gebracht van een feestje … maar toch, je weet het maar nooit …
Ik doe de deur open en  hoor mezelf hardop dingen zeggen en vragen. Heel vrolijk geef ik hem een vriendschappelijke vertrouwde box. ‘Hee m’n vent, hoe was het?, was het gezellig?’ Hij mompelt met zijn lippen op elkaar iets onverstaanbaars van kei gezellig. Geeft me een kus met een welterusten er achteraan en hij loopt de trap op.

Ik staar nog even door de raam naar buiten en denk.
De vraag of er is gedronken heb ik overgeslagen. De opmerking dat ik ongerust was voor heel even omdat het na half 1 was heb ik niet genoemd.  En ik denk aan eerder op de avond. Want ben ik nou wel een leuke moeder? Doe ik het allemaal wel goed? Vinden ze het hier wel gezellig?  Vroeger toen ik een jaar of twaalf was en een pop als kind behandelde was zo naief eenvoudig. Pop annabel legde ik op bed en ze sliep. Haalde ik er uit wanneer het mij uit kwam en ook al praatte zij niet terug ik vond dat ik het heel goed deed als mam. Ze had tenslotte altijd een ander jurkje aan. En had ik een paar dagen geen zin in haar dan gooide ik pop annebel in een hoekje en ging eens lekker een tijdje wat voor mezelf doen.

De kapper heb ik eergisteren onder een paniek gedwongen telefoontje tot een afspraak gekregen. De twee jongsten moesten en zouden geknipt. Want dat had ik tenslotte beloofd. En Mam, ‘je beloofd altijd alles en je doet er nooit wat mee.’ Dus kapper net voor sluitingstijd.   “Mam, mag ik nu nog weg vanvond?’ Nee jongen, het is al 21.00 uur en dat feestje op school is nu toch al bijna afgelopen.’ Ja maar ik wil!’ Ja maar je wou ook perse naar de kapper en gister wou je niet naar dat kinderachtige halloween! Kom , mam doet een stokbroodje in de oven en we kijken gezellig de voice.  ‘Nou  wat je gezellig noemt , ik ga naar boven!’  Licht aangeslagen sta ik onder aan de trap nog een soort van trapleuiningrede te houden in alle verzoening, en om mijn voelbaar opkomende schuldgevoel te relativeren. Maar er wordt geen gehoor aan gegeven. Terwijl hij van zijn paps ook niet meer weg mocht is hij is toch echt alleen boos en teleurgesteld in zijn stomme mams.  Gelukkig zit dochterlief met kleinste en paps wel gezellig op de bank.

Ik schenk de glaasjes vol, maak kruidenboter en snij wat stokbrood. Doe wat tapenade in een schaaltje en steek  ondanks de weg gevallen sfeer wat kaarsjes aan.
Jongste huilt. Oorpijn. Hij wil geen zetpil, wil ook geen oordruppels. Wil wel dat mams haar mond houdt met zeuren want ik zou het niet snappen. Huilend loopt ook hij de trap op. Ik met druppels in alle goede en bezorgde bedoelingen er achteraan. Paps roept nog dat hij beter druppels in zijn oor kan doen, want dan is het morgen over. Onder veel bombarie zitten er niet veel later toch druppels in zijn oor. Vijf in plaats van drie. ‘Zie wel mam dat je niks kunt, nu is de pijn wel weg, maar nu staat mijn oor weer op een andere stand he, nu hoor ik weer niks, omdat jij die rare trutdruppels er zo nodig in moet gooien. Bedankt hoor mam!'  Welterusten knul, hopelijk is het morgen over!

Dochterlief die normaal bruist van de energie en torenhoog lacht, ligt er zonder vriendje wat verloren bij. Pap geef de paturain ’s aan vraagt ze. Dat hebben we niet vanavond schat hoor ik ‘m zeggen. Oh, is mam dat weer vergeten zeker, bromt ze er gelijk achteraan. Nee, want paps is om de boodschappen geweest, neemt hij het voor me op. Nou geef dan maar een stokbroodje met die andere troep en dan ga ik naar bed. Ik nestel me gezellig tussen man en dochter in op de bank en kijk haar verbaasd aan. Naar bed? Vraag ik.  ‘Ja mam ik ben moe en moet morgen werken. Trusten en have  a nice evening together with daddy. Is toch ook wel eens lekker saampjes op de bank.
Dat wou je tenslotte toch zo graag. Je roept al weken ik heb geen minuut meer voor mezelf overdag en dat ook je avonden al worden afgenomen. Dus whalla mamsie, tast toe    en ze giegelt op de trap om haar betoog.

En terwijl  ik Ilse de lange nog iets hoor zeggen over emoties en dat het haar raakt, raak ik manlief aan. Maar die slaapt. Oke logisch denk ik. Hij had tenslotte zijn nachtvlucht naar huis en was al ongeveer 24 uur op.  Ik maak hem wakker en zeg dat hij voor mij niet op hoeft te blijven en dat ik wel wacht op de oudste knul.  En ook manlief loopt zonder enige twijfel de trap op. Zelfs de hond neemt plaats op haar nachtkussen. Ik schuif de gordijnen dicht. Blaas alvast de kaarsjes uit en wacht samen met Humberto Tan en de rest aan zijn gezellige tafel van ‘Late night’, op oudste knul.

Ik ben tenslotte mam.

 

 

 

zondag 18 augustus 2013

Vakantie buiten alle zinnen ... 4e en laatste deel


Als ik de laatste dag de koffer zie staan, schrik ik. Mijn drie zwarte jurkjes liggen bovenop. Ik weet het zeker. Maar manlief die blij is dat hij ‘m dicht heeft gekregen met cijferslot en al weigert hem te openen. Hij staat al veilig in het speciale daarvoor bestemde klaar voor vertrek halletje vanwege vroeg uit checken kamer, maar nog wel een dagje resort verblijf.  Ik zet het bijna op een gillen. Hij weet namelijk dat zwart niet bovenop mag. Zwart is negatief. En we moeten verdorie nog met dat akelige vliegtuig mee. Dat is naar mijn dwangneurotische idee de goden verzoeken. Ik eis de koffer open anders wordt het een zeer zwaar laatste dagje. Manlief draait bijna met licht geweld en inhoudende frustratie qua onzinnigheid van de eeuw de cijfercode. Ik zucht van zinnige opluchting. Ik leg drie gele zwembroekjes op mijn zwarte jurkjes. Gered. En nu draai ik de slot code.
Zou de lifeguard bij het zwembad ook een code hebben vraag ik me af, hij draagt namelijk al acht dagen een gele broek en een knal rood shirt. De code van de zin in zijn beroep is dat hij twaalf uur per dag op zijn fluitje blaast bij de drie zwembad glijbanen. Hij is heel streng en ook zijn uiterlijk is nors. Zijn kuiten daarentegen zijn soepel en glimmend.

Als m’n Bing deze laatste dag in gesprek raakt met de moeder van de meisjes met de Dora zwemvleugeltjes, zet ze haar zonnehoed even af. Hij met zijn kroeskrullende kleine meisje op z’n arm lacht verleidelijk en kijkt haar net iets te lang aan. Zij lacht ontspannen terug. Is dit de zin van vakantie? Moesten zij dit allebei over de grens waar lucht en wolken voor nodig waren trotseren om nog meer zin in leven te krijgen. Of in hun geval opnieuw zin in leven. Ik draai me op m’n buik en laat m'n duidelijk leiding nemende soort van Bing met een gerust hart met rust.  Tussen de palmbomen  door zie ik m’n jonge verslaggever aan komen. Even stopt hij, maakt een move en praat door zijn microfoon. Ik glimlach. Hij is licht autistisch met een lichte verstandelijke beperking. Ineens valt mijn blik op onze regenboogbal. Ik roep in een opwelling zijn naam. Dave. Ik heb zijn zusje het horen roepen, dus ga er vanuit dat hij zo heet. Dave kijkt op en ziet me. Loopt achteruit en weer terug. Druk gebarend en verslaggevend. Ik reik hem de bal van een afstandje. Dave doet vier stappen vooruit en anderhalf terug. Als hij dicht genoeg bij me is, vraag ik of hij de bal misschien wil hebben. Hij duwt de microfoon naar m’n mond en ik herhaal als een inval verslaggeefster voor de tweede keer of hij de bal wil hebben omdat wij straks vertrekken. ‘Jammer’, is al wat Dave zegt.  En hij zet het op een rennen met de bal onder zijn arm naar zijn familie toe, waar hij druk pratend in mijn richting wijst. Zijn bril met zwart montuur van Ray ban maakt hem net dat beetje extra Dave. 
Twee uur voor vertrek kijk ik nog eens goed rond. Al deze acht dagen met al die zelfde mensen die het resort maken tot een oase van één van mijn beste vakanties tot nu toe,  heb ik bewonderd. Bewonderd voor het kei harde werken wat zij doen, om het mij en alle andere vakantievierders naar hun zin te maken. Elke nieuwe goedemorgen uit de mond van het animatie meisje uit Moldavië die acht maanden lang haar familie achter laat voor dat kleine beetje verdienste , liet me de zin van vakantie niet zin, maar de zin van en om voor te leven. 
Acht dagen de zelfde gezichten achter de bar en al deze dagen dezelfde kamermeisjes. Dezelfde trap naar beneden waar die lieve turkse man de pad elke morgen watervrij maakte van het nachtelijke tuinsproeien. Ik ga daar van houden op mijn manier. Daar krijg ik iets vertrouwds mee. En als dan zo’n laatste dag is aangebroken en ik het enorm naar mijn zin heb omdat mijn gedwongen vakantiedagdelen eindelijk op zijn, word ik weemoedig.  Ik denk dan gelijk wat heeft vakantie voor zin. Op vakantie gaan is zo ongeveer alles achter laten waar ik van hou, en terug is alles achter laten waar ik net wat mee ben begonnen.
Waar ik onbewust in levens ben gestapt. Stiekem en van een afstand. Maar net dichtbij genoeg.
En net als ik op wil staan en weg wil wandelen uit mijn vakantie oase. Komt m’n verslaggever. Zijn koptelefoon stijf op z’n oren geklemd, z'n microfoon tegen zijn druk bewegende lippen. Ik blijf staan en kijk hem net niet aan. Hij komt dichterbij. Nog een stapje dichterbij. Hij laat zijn microfoon zakken en vraagt, “ heb je whapp?”  Ik ben verbaasd en geef hem het whapp nummer van dochterlief, want ik heb geen whapp. Hij zwaait bij de vertrekhal met zijn microfoon en draait om. Verslaggevend. Manlief trekt de koffer. Met cijfercode en zwart onder geel.

Gisteren hebben wij een spreekbericht ontvangen. Met de vraag of we veilig waren geland.
Groetjes Dave. 'cut'.
Dave bleef nog zeker twee weken daar. Hij had zin in vakantie!

 

 

zaterdag 17 augustus 2013

Vakantie buiten alle zinnen ... Deel 3


Op de pier loopt hij wild heen en weer. Ook zijn stappen zijn systematisch en geteld. Op zijn hoofd en oren staat een dure koptelefoon. Een echte beats. In zijn hand heeft hij een nep microfoon die hij steeds naar zijn mond brengt. Aan zijn gebaren te zien maakt hij een verslag. Hij doet dit zo echt dat het is alsof hij midden in een oorlogsgebied  staat en met gevaar voor eigen leven verslag uitbrengt voor CNN.  Ik zet mijn zonnebril af en loop langs hem heen. Zijn leeftijd is moeilijk te schatten maar ouder als zeventien is hij niet.Hij kijkt me net niet aan en draait zijn hoofd recht vooruit. Negeert me, terwijl hij een gebaar met zijn handen maakt en roept ’cut ’.

Bij de tafel vol watermeloenen staat een vrouw. Haar twee blonde dochtertjes met Dora zwemvleugeltjes om hun armpjes jammeren dat ze liever een snoepje willen. De vrouw probeert gelukkig te kijken en waarschijnlijk te zijn. Ze probeert zo vrolijk mogelijk te doen, maar ik zie gewoon dat ze dat niet echt is. Haar ogen staan neerslachtig onder haar grote zonnehoed. Aan haar ketting om haar gebruinde nek hangt een foto medaillonnetje. Als ik dichterbij kom zie ik dat ze hem op haar hart draagt. Ik leg de watermeloen terug en stap vanuit de schaduw cirkel in de zonovergoten wereld.
Als ik die late middag aan tafel een man passeer voel ik zijn ogen op mijn billen prikken. En ik draai om. Hij schrikt. Haalt schuldig zijn schouders op en tovert een glimlach. Ik lach voorzichtig terug. Een soort Bing van GTST. En al kijk ik bijna nooit naar die serie ik hou niet van Bing. Het kleine meisje voor hem aan tafel wrijft haar lange kroeshaartjes uit haar lieve gezichtje. Als ik voor de tweede keer m’n bordje wil gaan vullen, vlechten twee getinte sterke handen het kroes haar van het meisje. Dit doet hij zo geroutineerd dat ik even blijf staan. Hij straalt hierbij zoveel genegenheid uit dat ik er warm van wordt. Kleine dunne sliertjes haar maakt hij tot een verweven kunstwerkje. Ik zou een gesprekje aan willen gaan. Hij fascineert me en maakt me nieuwsgierig. Maar een beetje raar om bij een soort van wildvreemde Bing aan tafel te gaan zitten en m’n eigen kroost in verbazing achter te laten, dus loop ik met moeite door.
Hij loopt achter me aan en in mijn nek hoor ik in gebrekkig Nederlands 'Goede avond ' fluisteren.  Zonder echt te hoeven zien wie mij dat wenst antwoord ik 'goede avond' terug. Bij de witte rijst maakt hij zijn grote hand los van het kleine handje die de zijne omklemd. En voor de tweede keer vraag ik me die dag af waar in dit geval niet de papa maar de mama is.
Mijn verslaggever van die morgen met nep microfoon danst niet veel later in zijn eigen wereld. Los van alle drukte en warmte om hem heen. In zijn wereldje is hij duidelijk gelukkig. En glimlach ik voorzichtig naar ‘m. Hij schrikt van ons oog contact en maakt zich uit de voeten. Druk verslaggevend van het gebeuren.

De zin van vakantie deze dagen is  voor mij nog steeds een raadsel als ik langzaam verdwaal in de mensen om me heen. En doordat ik de rustigste vakantie beleef aller tijden laat ik me kopje ondergaan in het bestaan van hen die mij onbewust aantrekken.  En net als ik verder wil lezen in het tijdschrift de Linda , over een artikel waar de dood van een vriend en zijn urgente verlangen terug naar hem en de tijd van toen en hun onvergetelijke vakantie samen nogal meeslepend is, glijdt mijn soort van Bing van de glijbaan en voel ik de water spetters op m’n wangen.

 

vrijdag 16 augustus 2013

Vakantie buiten alle zinnen .... Deel 2


De zin op het vliegveld bleef hangen in mijn hoofd toen ik haar zag lopen. Het was de diep doordringende zin die hij nogal iets geïrriteerd hardop uitsprak. Ver achter haar man en twee kinderen liep ze aan. Tenminste het jongetje, ik denk hun zoontje , hield haar nauwlettend in de gaten en liep ongeveer zestien stappen voor haar , wat de afstand naar zijn vader toe toch net wat dichterbij maakte. Zij had de paspoorten. Zij had ook moeite met lopen. Haar benen konden na enige stappen observatie niet krom. Haar stapjes waren klein maar haar lach was breed. Haar zonnebril stond al op haar hoofd. Niet veel later zaten zij schuin achter mij in de lucht. Waar haar man, zittend aan het gangpad een vluchtgesprek aan ging met een blonde spring in het veld. Er zat alleen een gangpad tussen. Zij met moeilijke benen keek door het raampje de wolken in.

Op het resort aangekomen , begon mijn oase van rust. Overzichtelijk en alles binnen handbereik en zicht. Ik heb ze los gelaten. Hier kon niks gebeuren dan enkel puur genieten van manlief en onze vijf pubers. Alsof ik in een paradijselijk gevangenschap in vrijheid verbleef waar alle mensen van verschillende culturen het zelfde zijn en een zelfde doel hebben. Ik voelde me zo vrij in de zin van schroom dat ik zelfs mijn teen nagels heb gelakt. Voor het eerst. Ik ben daar het type vrouw niet naar. Maar kon het azuurblauwe kleurtje niet negeren. Tien tenen in gelijkheid met de golfjes van de middellandse zee. Mijn lach is niet van mijn gezicht geweest. Druppeltjes van de goddelijke hitte hingen aan mijn lippen. Spiegels heb ik vermeden. Ik voelde me vrij. Met mijn haar in een witte zakdoek geknoopt liep ik , volgens dochterlief als de ultra verkeerde versie van Marilyn Monroe lichtelijk voor schut, maar paradeerde ik in alle zelfverzekerdheid bewust van mijn te kleine bikinibroekje door alle minuten en delen van de dagen heen. Op sommige uren van de middag leek de zee zelfs alleen van ons. We hadden ‘het’ kunnen doen hoor, manlief en ik,  daar in het water ver turend van ons af. Staand op de scheidingslijn van de boeien met af en toe een golf zout zee water als verkwikking tegen m'n kin. Met het dikke touw voelend tussen mijn tenen voor het evenwicht in durf te leven.  Maar het werd tijd de kant terug te vinden en ijsblokjes te vragen met een schijfje citroen in de cola.  En om met een wit wijntje en biertje aan de rand van het zwembad bij de palmboom te gaan zitten. De zin van betekenis door het ontbreken van pittoreske straatjes waar ik anders uren door heen zou kunnen dolen en een lege camera is dat ik me vanaf dat moment heb  laten verdwalen in mensen.  Ze hebben me mee gesleept zonder dat ze er erg in hebben gehad. En toen ik als eerste werd aangetrokken door hem , die ik zag op de pier , waar je zo heerlijk hoog vanaf kon springen begon mijn dwaaltocht …..

donderdag 15 augustus 2013

Vakantie buiten alle zinnen .... Deel 1


Ik tel de dagen af in twee delen. Dat gaat sneller. Of dat lijkt sneller te gaan. En dan heb ik het over onze vakantie dagen. Vakantie naar en in Turkije dit jaar.

Van tevoren als we nog thuis zijn begin ik al met tellen. Eerste dagdeel duurt tot twee uur in de middag en de rest van de dag is het tweede deel. Abnormaal weer natuurlijk!  Maar mij moet je niet al te ver van de watertoren plaatsen. Ik kan namelijk niet lang van huis. En dat niet alleen. Want daarbij komt ook nog eens dat ik hier thuis al koppen tel tot in den treuren laat staan tot duizenden kilometers over de grens waar ze taal nog bestemming spreken. Ik tuur en focus iedere minuut van de dag naar vier blonde kopjes , gekleurde zwembroeken en een ieniemienie bikini. Twee meter uit mijn richting en ik schiet in stresspositie. En dat gemengd met m’n viervoeter verlating schuldgevoel en je kan me op vegen.  

Twee jaar geleden niet hoor, toen had ik er zin in. Wat nou veertien dagen Spanje te lang? Wat nou heimwee? En welke watertoren??  Nee, toen zag ik me voor vertrek al weer helemaal zitten aan het Spaanse ontbijtje bij ons vertrouwde bakkertje om de hoek. Voelde in m’n benen al het Spaanse leven weer op gang komen en kon de geur van zand zee citroen en sandelhout al op 600 km afstand ruiken. Maar nog voor we toen de laatste koffer uit de auto hadden , vielen de eerste regendruppels en de laatste was dag elf nog niet gevallen. We zijn met ons luchtbed over de Spaanse modder naar de auto gedreven en hebben niet meer achterom gekeken. Ik was vast besloten. We slaan een jaar over. Maar dat werd een wintersport en skiede ik tegen alle i love sneeuwvlokken in, ( not )  achter elk kind aan om als eerste de lift te bereiken voor er eentje per ongeluk eerder dan ik de piste op  kon verdwijnen.

Ik heb toen zelfs in drie delen de dagen af geteld. Dus hoe of wat er in godsnaam gebeurt moet zijn vier maanden geleden toen ik heb ingestemd om voor het eerst met z’n allen te gaan vliegen naar voor mij het hele en net iets te verre Turkije? Geen idee ! Ik hou van pittoreske straatjes, van kleine restaurantjes met eigen gemaakte zure mayonaise, van lange lege stranden met een verdwaalde gitarist op een afgebroken houten steigertje, van kleine souvenirs winkeltjes met schelpenkettinkjes, van kleine marktjes met geurende zeepjes.  Waarschijnlijk had ik geen keus. Manlief en de rest van ons gezin hebben mij geen keus gegeven. Gedwongen heb ik de koffers gepakt vorige week. En steeds gedacht,  “wat heeft het voor zin om op vakantie te gaan? “  “Wat heeft vakantie voor betekenis  ”? Rust? Ja, in mijn achtertuin met een boek ! En met alles veilig om me heen in een vertrouwde straal van twee meter. Wie gaat er nu tig hoog en gevaarlijk ver vliegen om in een gloeiende hitte van een glijbaan te glijden? Onzinnig denken kan ik , dat weet ik.  Maar ik ben er in Turkije achter gekomen wat de zin van de vakantie voor mij is. Tenminste deze vakantie! Want wat eerst zo buiten zinnig onzinnig leek, heeft enorm veel zin gekregen.

En dat begon al een beetje met het inpakken van de koffers. Ééntje om precies te zijn. Dochterlief met vriendje een koffer, en wij met z’n vijfjes in één koffertje. Want wat heeft het voor zin om veel mee te nemen?

En op Schiphol begon de andere zin ….

 

 

 

woensdag 15 mei 2013

Elke dag maar zeker de woensdagavond.


Zeven uur slaat de klok. Vanavond klinken de anders zo warme slagen ineens harder. Veel harder. Het is woensdagavond en normaal zette ik dan rond deze tijd het voorwiel van mijn fiets in het fietsenrek. Had ik de mensjes voor de raam al gedag gezwaaid en snoof ik door de openschuivende deur de geur van oud en zorg op. Liep ik de warme rustige gang in en las ik bijna alle naambordjes op de deuren.  Opende ik zijn deur en keek ik of de kraan in zijn keukentje niet drupte. Ademde ik  zijn warmte en rust in en streek ik neer tegenover hem op het voetenbankje. Hij zou me dan iets verdwaasd hebben aan gekeken en door zijn opgetrokken wenkbrauwen  laten weten niet precies te kunnen zeggen wie ik ben. Maar met een “ Hela “ ik had jou niet  verwacht laten horen in zijn stem blij te zijn iets bekends te zien. En daarna wanneer we de koffie op zouden hebben ineens mijn naam opgelucht hardop uitspreken. Waarna hij me wijs zou maken wat voor weer het morgen zou worden en uit welke hoek de wind zou waaien. Dat hij trek zou hebben in een rood wijntje en ik de rol pepermunt  daarbij alvast zou open maken. Hij zou zonder erg mijn behoeftige rustpunt zijn. Hij zou me een gevoel van  wel behagen geven door zijn niets zeggen. Door het staren naar zijn hoed zou hij me het beeld geven van fietsen in de vroege morgen als iedereen nog stil is maar waar de zon hoog boven de windmolens al van zich laat spreken. Waar een gloed van ochtendgloren zich over het dauw natte gewas laat vallen. Waar het water in de slootjes zachtjes verder kabbelt en zijn wielen van zijn fiets de spaken glimmend voortdraaien. Zijn groene fietstassen zouden muziek maken op de hobbelige zijkantjes van de weg, door wat losse schroefjes tegen zijn duimstok en 't lege appelmoespotje voor het eventueel nemen van een watermonster. Hij zou me op laten schrikken door een zingend psalm en ik zou hem bijvallen. We zouden zingen over ,’ wel gebaande wegen in de hete middagzon.’  En van “ gestorte milden regen want Gij zijt de bron.’  Hij zou zijn handen samen vouwen en Amen nog zeker drie keer herhalen. Hij zou zijn ogen dan bemoedigend naar me dicht knijpen en met een tevreden knikje mij laten zien wie hij is. Ik zou genieten van zijn rust.  Daarna zou ik de klok 8 uur horen slaan en zijn lampjes aan doen. Hem een kus op zijn hoofd geven en zeggen tot morgen.

Nu slaat het hier zo op zijn klok 8 uur. Maar mijn fiets staat onaangeroerd. En morgen is het weer gewoon een morgen. Ik trek alvast een lampje aan.







 

woensdag 17 april 2013

Klein in volwassen


Ik hoor het mezelf gewoon zeggen.  Ik herhaal het nog een keer in mijn hoofd. “Ben je daar niet te oud voor".  En hij is pas 12. En dus nog kind.

Maar ga ik niet ook al te ver  mee in deze maatschappij van snel opgroeien en het liefst met zoveel mogelijk ‘volwassen ’dingen en spullen.  En niet te vergeten zo snel mogelijk volwassen gedrag. Oké ze voetballen en spelen  op het pleintje met een bal  waar gele stippen op staan. Dat is natuurlijk ook al niet echt een échte voetbalbal. Maar ze spelen ook hard. En de schuttingtaal is ook volwassen hard. Hard spelen ze ook voor de Playstation. Een spel wat eigenlijk te onvolwassen is qua  spelregels. Want die zijn in deze maatschappij niet getolereerd. Ook zegt mijn twaalf jarige als ik hem binnen roep om half negen ’s avonds nu het langer licht is, dat het ‘belachelijk’ vroeg is en zich schaamt dat ik hem als overbezorgde moeder van het pleintje kom halen. Alsof hij een klein kind is.  
Onze tien jarige zorgt wel dat hij op tijd thuis is, want dan kijkt hij namelijk  de ‘volwassen’ serie van rtl vier. Waar begrippen van dood , seks  en vreemdgaan een grote  rol spelen,  maar wat ze vaak tot de werkelijke kern vergeten uit te diepen.  Zo wordt het al heel normaal gevonden om als tienermoeder je kind heen en weer te laten slingeren tussen zijn echte paps en mams en de nodige koffertjes met drugs.   

De smart social mediawereld is bij de oudste later begonnen terwijl  nu de jongste  al beter zijn weg weet te vinden dan wij als ouders op het gebied van installeren en down loads. En wij volwassen ouders surfen en verbazen dan lichtelijk onvolwassen mee. En worden voor dom aangezien.
Ze Whappen er tegenwoordig op los of we even per direct geld over willen maken omdat er tussen de schoollessen door uitgebreidt 'geluncht' moet worden,  waar je als ouders alleen gaat eten bij speciale gelegenheden.
De ‘oudste’ twee praten hier vaak net al iets té volwassen, en niet alleen onze twee, want ik hoor veel herkenning als ik ergens anders ben en bij toeval een gesprek op vang tussen ouders en hun puber. Je zou als ouder bijna het gevoel krijgen een vriendin of vriendje te zijn van je eigen dochter of zoon. Leuk! In sommige opzichten. En gezellig, ook in sommige opzichten. Een wijntje drinken op een terrasje met mijn bijna 17 jarige dochter is gezellig, maar voelt toch net nog heel verkeerd.

Te volwassen misschien. En ik als mam misschien iets te tolerant.  Want is mijn ouderlijke respect en gedrag grens  overschreden, corrigeer ze dan maar eens terwijl de kurk nog op de fles moet.

En nu, nu wil ons bijna volwassen viertal ineens van alles hebben.  De één wil de nieuwe soort step! Een spacescooter ,  terwijl hij bijna afzwaait van de basis school en de wijde stoere snel volwassen wordende wereld intrekt, en over drieenhalf lente seizoen op mag voor zijn rijbewijs.  De ander wil een hamster, met kooi en gekleurde speelse tunneltjes, terwijl hij tegelijkertijd een kaartje wil bemachtigen voor een of ander té volwassen concert in de buitenlucht en dan waarschijnlijk ergens blijft slapen. En de jongste hangt op dat zelfde moment om mijn nek omdat zijn knuffel kwijt is, en gisteren nog riep dat "Bing een open relatie wil."  En onze oudste vraagt om even te kroelen omdat haar dag zo zwaar is …
Ik hoor het mezelf  hardop vragen. “Zijn jullie daar niet al een beetje te oud voor.”

 

 

 

woensdag 10 april 2013

Speurtocht ....


Vanmorgen kreeg ik te horen dat er een speurtocht wordt gehouden. Onze jongste sproet heeft dat samen met een vriendje georganiseerd. Hij was het alleen vergeten te vertellen. Ze komen niet allemaal zei hij er nog bij , maar wel zo ongeveer 17 kindertjes doen er mee.
Of ik even snel wat verschillende soorten snoep wil gaan halen.  In zakjes wil doen , zo dat iedereen aan het eind toch iets heeft gewonnen.  De speurtocht staat in het teken van de “krant”. Ook door onze sproet en zijn vriendje verzonnen. Deze twee maken elke week een krant met artikeltjes over wat er die week allemaal voor vrolijks heeft af gespeeld in de klas.

Vanmorgen had ik bij het horen gelijk een klein ingehouden  aanvalletje van hysterie.  Ik dacht in mezelf om  sproet zijn pret niet te verpesten, Wat???  17 kinderen? Hier verzamelen? Hoe? En verantwoording en alles blijft vast ook nog spelen? Een speurtocht?! Lekker verward? Daar gaat m’n vrije rustige middag.
Tot dat ik ook een krant lees. De gewone ochtendeditie vol wereld nieuws. En het maakt me licht misselijk.  Verschrikkelijk misselijk tot aan kokhalzend toe,  als ik daarna in ons stille rustgevende huis met dak en het dorp nog vredig aan het wakker worden is , de verschrikkelijke beelden zie op het internet van de bombardementen in Syrië. Mijn zus was daar maandag al helemaal van slag van en ik durfde niet te kijken. Maar het stukje in de krant en het woordje speurtocht laten me voelen dat ik dit wel moet doen. Een burgeroorlog die al twee jaar duurt.  Hier op het aanrecht ligt een nog warm heerlijk ruikend vers afgebakken brood,  net wezen halen bij de bakker.  Zonder erbij na te denken. Het is 'gewoon' één van ons dagelijkse benodigheden. Zondag waren er in Syrie twee honderd dood in , om en bij de bakker.  Niet lang daarna opnieuw een verschrikkelijk bombardement in een wijk waar de meeste slachtoffers kindertjes waren. Het beeld van die gillende moeder met haar dodelijk getroffen dochtertje , levenloos in haar armen houdend, maar door angst gedwongen achter latend voor de veiligheid van haar andere kinderen krijg ik voorlopig niet van m’n netvlies. De andere kindertjes werden levenloos op een achterbak van een wagen gegooid, uit hysterische paniek voor het overvliegende gevechtsvliegtuigje. Het gegil van de in het wilde westen machteloos niet wetende wat te doen rond rennende ouders gemengd met het gegil , gehuil, en gigantische paniek kreten van vluchtende kindertjes snijdt door mijn ziel.

Ik mag nooit meer zuchten!!!   Hier wordt een speurtocht gehouden. Hier rennen en gillen vanmiddag net zoveel kindertjes als in die Syrische wijk op die bewuste afgelopen zondag. In Syrië was en is er elke dag een speurtocht naar veiligheid in combinatie met grote angst. Een lange ingewikkelde over onschuldige lijken heen speurtocht naar vrede!   Deze Syrische kindertjes  “speelden’ een zondag buiten omdat het “rustig” leek. In Syrië spelen de kinderen niet,  al lang niet meer. De oorlog speelt met de kinderen. Met het leven van de kinderen.
Ik ga om snoep!  Zakken vol snoep!  Extra snoep !
Crisis?

In Syrië daar is het  écht crisis! En crisis is een woord. En zelfs dat woord zegt niks bij wat daar gebeurt!!!  Daar bestaat geen woord voor !!





 

 

maandag 1 april 2013

Behalve als 't regent


Nog voor ik  aanbel denk ik wat erg, wat een toestand, wat zielig en wat een opgave. Want ik zie ze altijd samen, eerst met zijn drieën, maar tegenwoordig samen. Zij duwt hem en ze komen elke middag voorbij, door weer en wind, vorst en zon.  Behalve als het regent. Dan wordt hij en zijn rolstoel te nat.
Ineens sta ik daar binnen. En lossen al mijn gedachten op in de warmte die ik voel als ik nog maar op de mat in het rolstoeltoegankelijke  gangetje sta.

Het geluid wat uit de rolstoel komt zijn vrolijke optimistische zinnen zonder woorden, met een onderliggende lach. Ook zij lacht mij breed grijzend tegemoet. Een nieuwe dag met frisse moed zoals elke dag.
Het “werk” wat zij iedere dag heeft aan hem, is zorg. En die zorg doet ze met zoveel liefde en vanzelfsprekendheid dat het mij stil maakt. En zij doet dat ook in stilte. Ze zal nooit klagen, ze fluistert niet eens een zucht als het even niet lukt of moeilijk gaat.  Ze is moeder. Een moeder die al tachtig jaar voor haar inmiddels ruim volwassen kind zorgt met een geestelijk en lichamelijke handicap. Ze is nog nooit met vakantie geweest. Ja één keer, drie dagen met een boot. Bij het aanleggen aan de steiger stroomde haar hart over van blijdschap omdat ze haar kinderen en haar zorgenkind enorm had gemist. Mijn hart heeft een week zeer gedaan zei ze van het huilen over de reling.

Ze heeft geen dag voor haar zelf al die jaren al niet. Eén middagje in de week gaat ze naar een kaartclubje. Maar geen oppas. Haar kind in de rolstoel gaat liefdevol en graag mee.
Zijn gezicht tijdens sinds kort ondersteunde zorg spreekt boekdelen. Hele hoofdstukken van vrolijk en tevredenheid vertelt hij zonder iets te zeggen. Ik lach door en met hem al mijn onzin oordelen en denken weg. Wat een optimisme en wat heb ik een bewondering.
En wat laten zij samen zien dat leven met een aangeboren handicap niet zielig hoeft te zijn. Hij heeft  ondanks dat hij niets tot nauwelijks iets kan, behalve zelf met moeite iets eten en drinken,  allemachtig veel plezier  in het leven. Hij heeft graag een hand vast. Vooral die van haar. Misschien wel een symbolisch groter dan groot dank je wel. Want praten kan hij niet. Maar voelen des te meer. En hij voelt de onvoorwaardelijke liefde van een moeder voor haar kind iedere minuut van de dag. Door haar is hij wie hij mag , wil en vooral kan zijn.  Die lach die hij haar dagelijks geeft maakt alles goed.

Hij klapt in zijn handen alsof ze heeft gewonnen.
Maar ze wint altijd. Ze wint het van iedereen. Tachtig jaar en sterk. Sterk in zorgelijke liefde en liefdevolle zorg. Vanmiddag komt ze weer voorbij, met hem  duwend in de rolstoel, naar haar vierentachtig jarige man, de vader van haar kinderen die op een geriatrie afdeling zit in het verzorgingstehuis. Ze slaat geen middag over.  Behalve als het regent dan wordt hij en zijn rolstoel te nat.

 

 

woensdag 20 februari 2013

Zwart Wit


Een jongetje tekent met stoepkrijt. Grote witte vlakken worden wit.
Vindt je wit mooi, vraag ik als ik hem passeer.
Nou zegt hij, ik hou van wit. Met dammen neem ik ook altijd de witte stenen, als ik dan met één steen twee zwarte moet slaan sla ik liever over. Ik heb ook een knuffel, maar ik knuffel er nooit mee. Het is een zebra. En die staat nu hoog op de kast in mijn slaapkamer. Eigenlijk kan ik er niet zo goed van slapen, omdat zebra’s zwart wit zijn. Maar ik heb hem van mijn pappa gekregen.
Echte zebra’s staan veilig ver weg achter een hek. En als ik een zebrapad over wil steken moet ik  altijd  over allebei de strepen, want  dat is veilig hebben ze mij verteld. En sommige doen een spelletje dan mag je je voeten of alleen op de witte of op de zwarte vlakken  zetten. Ik hou niet van dat spelletje. Ik loop er veel liever naast. Pappa zou zeggen kom maar , en hij zou mijn hand stevig in de zijne pakken en aan de overkant mijn hand pas loslaten.  We hebben ook twee auto’s. Een zwarte Audi  en een kleine witte Fiat. Die heeft mamma voor pappa gekocht zonder dat hij het weet.. . Hij glimt eng zwart als de zon schijnt. Ik rij altijd mee in de witte. Maar dan moet mama huilen.

Net als de trouwauto van pappa en mamma , die was ook wit. En de jurk die mama toen droeg was heel veel wit. Ik hou van wit. Pappa’s pak was zwart. Dat heb ik gezien op de film. Mamma kijkt daar bijna elke avond naar. Er zijn ook stukjes in de film zwart wit.
Hij pakt drie snoepjes uit een puntzakje vol met zwart witjes. Kijk zegt hij, nu moet ik er twee terug doen. En hij stopt de twee zwarte snoepjes terug. Ik mag ze wel eten als ik twee witte en een zwarte in een keer pak, want dan wint wit. En dat is goed. Maar de zwarte rondjes blijven altijd achter in het puntje.  Pappa zou  de zwarte opeten.
En dat vindt ik stom.  Pappa moest altijd zwart kiezen. Met dat spelletje ook. Zo’n spel waar je dan zwart of wit moet kiezen. Pappa koos zwart en ineens had hij een heleboel geld. En toen ik wakker werd gemaakt zag ik zijn blije rijke gezicht en daarna gelijk zijn nooit meer bewegende zwart glimmende schoenen.  Mamma lacht niet meer. Zijn zwarte schoenen staan voor altijd naast zijn zwarte paraplu.

Wit . Hij had wit moeten kiezen.
Er lagen wel witte bloemen op de lange zwarte auto. En pappa droeg zijn zwarte pak.
Ik vond het diepe gat trouwens ook zwart.
Zijn handje gaat weer in het zakje en hij pakt drie witte zwart witjes.

Kijk zegt hij, wit.  En hij krijt verder.

 

 

 

 

 

donderdag 14 februari 2013

!4 februari ....


Weet je wat ik zo mooi vind aan een dag als vandaag, waar alles in het teken staat van de liefde. Dat het voornamelijk draait om stille liefde.
Zo werd ik dus vanmorgen eerst net als elke morgen vijf uur in stilte wakker gekust door mijn vroeg werkende manlief. Om twee uur later opnieuw en minder stil wakker gebruld te worden door een serie wekkers waar het landelijke alarm niks bij is. Gevolgd door een denderend gebonk op trappen in kolonnes van vier richting de douche wat gepaard gaat met duwen , trekken en gillen terwijl  iedereen hier zo zachtjes aan écht wel weet dat er altijd eentje perse als eerste de douche in schiet met de deur stijf op slot vanwege dreigend tijdnood  en niemand zo vroeg aan haar hoofd moet zeiken en zaniken .
Dan duik ik  snel  dieper onder m’n dekbed wetende dat m'n drie jongens zoals elke dag vol onbegrip  mijn slaapkamer zullen binnenstormen met een meest lelijke bombarie aan woorden over de prinses en haar arrogante sterallures . Dat ze daarom ook licht geïrriteerd de inloopkast open gooien waardoor de muur in echo terug bonkt.  Waar dan in die zelfde kast het niet nette abc van voor naar achter wordt opgesomd omdat er te weinig sokken zijn een trui niet is uit gewassen en een broek niet wordt aangetrokken omdat die echt te nerdo is voor woorden.
Voor ik überhaupt zou willen antwoorden vanonder het dikke dons hoor  ik dan al luid en duidelijk brommen dat ik niets hoef te gaan zeggen over hip en dergelijke, want ik ben namelijk zelf alles behalve hip en schijn totaal geen smaak als het op kleding aankomt. Zo blijkt. 

Als dan de ergste storm is gaan liggen en alles,  zonder ook maar één raam te hebben open gezet of in elk geval ook maar iets te hebben gedaan wat ze  ik al vanaf hun tweede jaar heb geprobeerd bij te brengen in het ochtendritueel , naar beneden afzakt zet ik mijnslaapkamer deur op een kier.
En  begroeten ze dibbes de hond  net als iedere morgen alsof ze haar voor het eerst zien. Hoor ik aan het gerommel dat er  van de één op de andere minuut een enorme teambuilding heerst.  Ze pakken de schooltassen in, geven dibbes eten, maken zelf hun boterhammetjes, mixen yoghurt met cruesli , hoor ik keukenkastjes open en dicht slaan, en fluisterd de jongste in het geheim over zijn gebruikelijke speculaasjes als ontbijt, hoor ik nickelodeon geluiden en het opstarten van de pc.
Gillen ze naar boven dat ik de pot gel mee moet nemen en eens beter boodschappen moet doen door een terug kerend melk tekort. Of ik nog van plan ben om er uit te komen, want ze geven wind en regen op en of ik ze naar school wil brengen, de kapper niet moet vergeten te bellen want er loopt er eentje straal voor lul en dat ik er nu eens voor moet zorgen dat er wit brood is tussen de middag! En jam!

Met alle liefde !

Ik loop de trap af en snuif vier verschillende geuren van krachtige axe deo's en een vleugje zoete bloemen. 

Gewoon een dag als alle andere.  En juist daarom voel ik de liefde!


zondag 3 februari 2013

40 jaar zusje .......


40 jaar geleden kreeg ik een zusje. Een zusje met ogen zo donker als fonkelend houtskool en met van die chubby rozige wangen om in te bijten.
Dat bijten heb ik werkelijk ook gedaan na dat dit lieve kleine koddige zusje mij enorm had belaagd met een hondenriem waarvan de striemen na een week nog zichtbaar waren, maar ik de schuld kreeg omdat de tanden in die mollige appelwangetjes er niet om logen en deze net zo makkelijk  liet vol stromen als de volkeraksluizen .

Dit zusje was af en toe een blok aan mijn toen nog jonge been, want het jongensachtige in mij bezat zij totaal niet, en bij iedere sloot die ik oversprong sprong zusje lief er middenin! Dit heeft ze jaren later nog eens dunnetjes over gedaan in de kerkgracht. Totaal overstuur en nog net zo gillend als toen ze klein was kwam ze als een met kroos gedoopte grachten drenkeling hysterisch aangerend.

Als puberzusje hing onze gedeelde slaapkamer vol met Bon Jovi. Gelukkig maar, want sindsdien hoefde ik niet meer steeds onder haar bed te kijken en te roepen dat de kust veilig was. Midden in de nachten daarvoor  ging namelijk het licht ontelbare keren aan en uit omdat  ze weer gillend stijf overeind in bed zat.  Dit was  natuurlijk erg genoeg, maar dat smak geluid wat ze produceerde tijdens elke maaltijd daar zat ik gillend van overeind!   Zusje lief at namelijk niet normaal. Dat kauwde niet op haar eten. Nee, dat eten werd jaren lang zuigend naar binnen gewerkt, terwijl ik tegenover haar aan tafel mocht luisteren en toekijken hoe die chubby  roze  wangen als een soort van vacuüm pomp telkens sneller werden in en uit gezogen. ( misschien  weet Kees of ze daar nu nog “last” van heeft ?  ; )

Doe je grote zus niet altijd na werd er wijselijk meerdere keren herhaald. Maar nee, dat moest en zou ook nog eens een fiets. Want dat bijten is een dingetje. Ik bijt me alleen iets meer vast in het sporten en zusje lief  daarentegen meer dan  goed voor haar is zoals ze zelf zegt, in een berg zout en zoet .  Wat er dan ineens weer afgefietst moet worden. Dan springt dat van tussen de coniferen helemaal in roze tenue inclusief helm op een hybride om vervolgens haar zoveelste aandacht momentje te pakken met een val net buiten de snelweg.   Wat me weer herinnert aan haar val van  een step toen ik Ivanhoe na speelde met pijl en boog.  Dat kon zij beter.  Met als gevolg een halve neusvleugel minder omdat haar chubby roze wangetjes het buisje ontweken. 

Ruzie zoeken konden we als de beste. Slaan , schoppen en haren trekken was heel normaal. Tegen die tijd dat ze meer dan ook oud genoeg was om een theedoek , emmer sop, stofzuiger, boodschappenbriefje en aardappelschilmesje te hanteren zat ze werkelijk waar altijd op de wc. ( dit doet ze nog )

In de tijd van jongens,  verliefdheid en uitgaan heb ik ze meer dan eens moeten  ‘redden’. Ik  was de wijste ,  slimste, knapste, liefste,  sowieso de oudste en ineens had ze een eigen slaapkamer.
En het gekke is dat naarmate mijn kleine zusje , die natuurlijk ook de zus van ons broertje is , ouder werd, met de tijd ook juist méér mijn   ‘grote zus’  is geworden.  Groot in doen, laten, willen, lachen,  kunnen, huilen, mogen, weten, zeggen, praten, helpen, luisteren en zorgen.
Wij zien elkaar elke dag en zo niet wordt er gebeld. Knipper ik een keer teveel met rechts dan vraagt ze om uitleg, buig ik een keer teveel naar links is ze bezorgd. Dat ze ook een lieve mams, echtgenoot en tante en de rest  is hoef ik niet te vertellen, want dat is overduidelijk!  We kunnen vreselijk lachen en slap ouwehoeren.

Verder is ze zo gek als een deur, zit ze op het eerste gezicht nergens mee, of met heel de wereld, neemt geen blad voor de mond, kan ze net als ik beter met mannen overweg dan met vrouwen, is eerlijk, emotioneel, spontaan amicaal  en ad rem, consequent, weet ze meestal alles beter,   kan auto rijden zonder tomtom als de beste   en staat ze vooral voor me klaar als ik ze nodig heb in wat voor vorm dan ook.  Vandaag wordt ze 40 en houdt ze hier zo niet van, en ik eigenlijk ook niet …….  maar wil ik ze gewoon even laten weten dat ik ze niet alleen als mijn lieve zus zie, maar ook als mijn grootste vriendin !

Gewoon al 40 jaar enorm blij dat ze mijn zus is !!  
Ps. .. Als je dit leest Wil door alle  drukte heen vandaag … LY  xxx

 

( en ik schrijf nu eenmaal graag )

 

 

 

I

 

woensdag 16 januari 2013

"Hij zag er heerlijk uit "

'Hey met mij.'
'Hey met jou .'
'Zit je in vergadering?'
‘Ja, maar dat geeft niet, wat is er?’
‘Nou, ik ga zelf pizza maken omdat jij dat zo lekker vindt’
‘Hahaha Jij??’
‘Ja ik !’
‘Lekker, succes, ik ben op tijd thuis.’
‘Tot straks.’
‘Hey met mij’.
‘Ja?’
‘Ik hoef dat deeg toch niet te laten rijzen he?’
‘Nee lief, gewoon ’t zakje van de bodem mengen met water en de olijfolie en mixen maar.’
‘Oké, tot straks.’
‘Hey met mij’.
‘Zucht, hey met jou alweer.’
‘Ja sorry hoor, maar heb jij niet een beetje een heel erg ingewikkelde mixer?’
‘Nee Jo, hoezo ?’
‘Nou, ik krijg dat bovenstuk er niet op, en als die er op zit, willen de kneders niet door de gaatjes’.
‘Gewoon proberen Jo, je komt toch niet uit een ei, een kastje zet je zo in elkaar, en nu moeite met een mixer!? ’
‘Ik zet ‘m half vijf in de oven, dus beetje gas de weg naar huis.’
‘En gelukt?, het ruikt in ieder geval heerlijk.’
‘Ja, en half om half he, jij met ham en ik met alles er op en er aan, hij ziet er vreselijk heerlijk goed gelukt uit al zeg ik het zelf.’
‘Schat?’
‘Ja?
‘ Wat heb je met de mixer gedaan?’
‘Niks, gewoon gemixt he!’
‘Ik ken je, je hebt natuurlijk weer met grof geweld die kneders door de gaatjes geduwd?’
‘Een beetje grof,  echt een klein beetje maar hoor, die rotdingen draaiden anders niet.’
‘Jo, er zaten hier twee ronde opstaande plastic randen.’
‘Ja en? Nu wil jij mij gaan vertellen terwijl jij dat ding bijna wekelijks gebruikt, en ik ‘m nu voor het eerst , dat ik ‘m heb gesloopt?!’
‘Gister zaten die randen er nog wel aan, en die kneders hebben dus nu die randen eraf gemixt.’
‘Ja dus?’
‘Dus zitten die plastic randjes nu heerlijk door jouw zelfgemaakte pizza.’
‘Zucht , koop dan ook niet zo’n ingewikkelde mixer, ik bel je toch ook niet voor niks!’

 

 

 

 

 

 

 

vrijdag 11 januari 2013

Wasgoed


Gisteren toen ik de wasmachine aan zette met een half gevulde trommel, bekroop mij het gevoel dat er iets niet klopte.
Maar omdat ik  een half jaar zonder droger heb gezeten, en het buiten drogen in het begin wel erg lekker vond, maar de laatste tijd een stuk minder door het natte weer, en me een ongeluk heb gesjouwd met boxershorts en mini lapjes stof wat puberonderbroekjes heet van kachel tot kachel en om over de dekbedovertrekken maar te zwijgen, dacht ik dat het daar aan lag, omdat de nieuwe droger voelt als een verademing qua tijd en gedoe alleen al.

En ik dus eigenlijk dacht dat ik daarom zo snel al het wasgoed weer in de kast had liggen. Zelfs de kastplankjes bleven boven verwachting netjes.
Ook omdat ik vooral onze jongens de opdracht had gegeven,  nu ik de afgelopen zeventien dagen aan één stuk door heb gewerkt en dus niet mijn dagelijkse of wekelijkse huishoudelijke rondjes kon doen dankzij hun uitslaap ritme,  alles wat van hun kont viel netjes in de wasmand te gooien. Onze jongens zijn wel zo dacht ik,  bij onze  dochter heb ik de moed al lang opgegeven. Als de servieskast leeg lijkt, ga ik op haar slaapkamer om de bij vulling! Dus om over de rest maar te zwijgen. Wil wel even zeggen dat ze de papiertjes van de chocolade en lege zakjes van chips tegenwoordig in de glazen frommelt, dus we zijn op de goede weg.
Manlief die zijn best heeft gedaan om de was al draaiende te hebben bij thuis komst na een ochtenddienstje en zelfs opgevouwen bij een terug kerend middagdienstje, heeft het daarmee  onbewust natuurlijk ook wel iets verbloemd.

Want vandaag met het oog op mijn laatste werkdagje, weekend en het lichte voorjaarsgevoel, ben ik maar eens op zolder begonnen.Tijd voor weer een heerlijk fris en schoon huis!  Heel opgewekt en vrolijk gooide ik het raam vanmorgen open, keek rond in het slaapvertrek van de jongens en ……..  Juist!!

Alles wat van hun kont viel, is ook letterlijk en figuurlijk gevallen! Blijven liggen in een soort van stilleven waar een erkend schilder jaloers op zou kunnen worden.
Na enig staren zag zelfs ik er een soort van kunst in!